Vrijwilligster Jeanette Top in het oude vissershuisje.
Vrijwilligster Jeanette Top in het oude vissershuisje.

Brusea werkt aan nieuwe stijl

Algemeen

Achter de schermen wordt er binnen Brusea in Bruinisse hard gewerkt aan de toekomst: aan een eigentijdse invulling van het visserijmuseum en het vissershuisje. Het boek ‘Meerminnen verdrinken niet’ van Marian Maaskant speelt daarin een belangrijke rol.

Wout van den Berg zit sinds een jaar in het bestuur van Brusea en denkt mee aan nieuwe vormen. ‘’Door corona is het bezoekersaantal zowat gedecimeerd.” Vorig jaar kwamen er zo’n twaalfhonderd mensen naar het museum, terwijl alles erop gericht is om weer aan de oude drieduizend mensen te komen.

Maar dat blijkt lastig te zijn. Flyeren in het eigen dorp leverde ook onvoldoende respons op en dat terwijl bezoekers in de regel laaiend enthousiast zijn. Niet in de laatste plaats door de actieve rol die de supoosten vervullen, waardoor veel verhalen verteld worden.

Juist het vertellen van verhalen is wat Van den Berg betreft van groot belang. Dus is het idee geboren het boek van Maaskant via een audiotour te gaan vertellen. Het gaat over de ramp die zich in 1911 voltrok in Bruinisse, waardoor een groot deel van de mosselvloot verloren ging en nooit meer volledig herstelde. 

Met het verhaal wordt ook naar de inrichting van het museum gekeken, dat nu bomvol hangt. ‘’Het werkt niet door mensen alleen te laten kijken naar een oud voorwerp”, aldus Van den Berg. Geprobeerd wordt extra geld vrij te spelen bij de gemeente, die speciaal voor de musea subsidies geparkeerd heeft. Daar moet nog wel wat bij. ‘’Maar geld is volgend. Eerst een goed plan.”

Het museum is weer open. Iedere dag van half twee tot tot half vijf. Regelmatig worden er bolussen gebakken, wat in goede aarde valt bij de bezoekers. 

Meer nieuws