Afbeelding

De luchtoorlog tussen Schouwen-Duiveland en Tholen-Sint Philipsland

Column

In 2018 verschenen twee delen waarin de luchtoorlog boven Schouwen-Duiveland in de periode 1939-1945 is beschreven. Onlangs werd in het gemeentehuis van Tholen het nieuwe deel in de reeks over de luchtoorlog in Zeeland tijdens de Tweede Wereldoorlog gepresenteerd. Dit vijfde deel gaat over Tholen en Sint Philipsland. Het is ook voor Schouwen-Duiveland een belangrijke publicatie. De auteurs, Wim de Meester en Kees Stoutjesdijk, hebben opnieuw een prestatie van formaat geleverd. Aan het boek ligt grondig onderzoek ten grondslag, zowel in Duitse als geallieerde archieven. Bovendien hebben ze contact gezocht met nabestaanden van omgekomen vliegeniers hetgeen aanvullend materiaal opleverde. Het duo werd trouw ter zijde gestaan door Ria, de echtgenote van Wim de Meester. Zij en Tonny, de echtgenote van Kees Stoutjesdijk, kregen aan het eind van de bijeenkomst in Tholen het traditie geworden bloemetje als dank voor hun inzet en meeleven.

Wat in de twee delen over Schouwen-Duiveland ontbreekt, is te vinden in dit nieuwe, fraai geïllustreerde deel. Een kaart van de meidagen van 1940 toont de Duitse invasie van Schouwen-Duiveland vanaf Tholen en Sint Philipsland en de terugtrekkende bewegingen van de Nederlandse verdedigers. Dramatisch was wat er zich afspeelde met de mijnenleggers Hydra en Van Meerlant op 15 mei 1940 in het Zijpe. Drie opvarenden van de Hydra, die was aangeschoten door Duits vuur, kwamen om het leven waarbij korporaal Broere door nerveuse eigen militairen vanaf de dijk bij Zijpe werd doodgeschoten.

Niet minder dramatisch was wat er gebeurde op 12 oktober 1944. Het hospitaalschip ‘Generaal Ten Hove’ werd, op weg van Rotterdam naar Middelburg, even na de doortocht door het Zijpe, aangevallen door drie Engelse jachtbommenwerpers ondanks dat het schip duidelijk te herkennen was als Rode Kruisschip. Vier medewerkers van het Rode Kruis verloren het leven. De overige opvarenden, waaronder drie gewonden, werden met een sleepboot naar Zierikzee gebracht. Hoewel het schip niet overeenkomstig de voorschriften was geschilderd, was de aanval hoogst dubieus. Bijzonder is de foto van de opvarenden, nog breed glimlachend, gemaakt kort voor de fatale aanval. Het scheepswrak ligt nog altijd op de bodem van de Oosterschelde.

Na de bevrijding van Tholen en Sint Philipsland liep de grens van bezet en bevrijd gebied door het Zijpe. Over en weer werden gevechtsacties uitgevoerd. De meest spectaculaire was die van het Canadese Lake Superior Regiment op 5 november 1944, een dag na de bevrijding van Sint Philipsland. Een viertal schepen van de Duitse Kriegsmarine in de Vluchthaven bij Zijpe werd met granaten aangevallen. Onder de Duitse gesneuvelden was een luitenant. Omdat de Duitsers geen mogelijkheid zagen de schepen te redden, brachten ze die tot zinken. Bij een verkenningstocht trof kapitein Styffe in een van de schepen het Duitse logboek aan. Hij schreef erin: ‘Gesunken by Lake Superior Regiment – Canadian Army’. De scheepsbel hangt heden ten dage nog steeds in de officiersruimte van het British Columbia Regiment in Vancouver (Canada). Tegelijkertijd werden verkenningen uitgevoerd voor een aanval op Schouwen-Duiveland. Van die invasie kwam het niet omdat er andere prioriteiten waren. Zo doende bleef Schouwen-Duiveland bezet tot het einde van de oorlog. Deze en andere acties in het laatste oorlogsjaar komen breedvoeriger aan de orde in het tegelijkertijd verschenen nieuwe nummer van ‘Cronicke van den land van Philippuslandt’, het tijdschrift van de heemkundekring ‘Philippuslandt’. Ook de activiteiten van het verzet op Schouwen-Duiveland en in het bijzonder van H. Minkema in Zierikzee worden belicht.

Deel 5 over de luchtoorlog boven Tholen en Sint Philipsland kost € 44,95 en is te bestellen via de website ww2research.nl. De nog te verschijnen delen zullen zijn gewijd aan Walcheren, de zeeoorlog in Zeeland en de luchtoorlog boven de Zeeuwse kustwateren.

Huib Uil

Meer nieuws