Peter Noordermeer
Peter Noordermeer

Kiekieris

Column

Jeugd

De Telegraaf voorspelde onlangs dat er toch nog een heuse winter aankomt. Ik hoop het. Niet dat ik nog ga schaatsen, dat heb ik genoeg gedaan. Ik herinner me mijn eerste pogingen, op Riekusweel in de winter van 1955-1956 naar ik meen, later op de Weel van Krepel. Het was eigenlijk meer krabbelen op houten bootjes, die voortdurend van onder je schoenen weg schoten. Daarna kreeg ik echte schaatsen, al waren het dan kunstschaatsen. Daar stond je als knaap mooi mee voor lul. Maar ja, ze waren goedkoop want tweedehands. In de winter van 1963 was ik achttien en zat op de kweekschool voor jongens in Oudenbosch. In het dorp was een echte ijsbaan, alsmede een meisjeskweekschool. Daar zijn huwelijken bijeen geschaatst. Je handen warmen onder zo’n dikke meisjestrui. U schrikt er misschien wat van, maar dat was het enige dat we durfden. Dat zijn zo van die mijmeringen van een man op leeftijd. Hoe zei de dichter het ook alweer. O, zoete, zoete bittere jeugd… (of zoiets).

Peter Noordermeer

Meer nieuws