Piter Goodijk
Piter Goodijk

Geestdrift

Column

De kerk is jarig

Komende pinksterzondag vieren we met de wereldwijde kerk het geboortefeest van de kerk. Bijna tweeduizend jaar geleden begonnen in een bovenzaal in Jeruzalem. Daar waren de leerlingen, met de vrouwen, met de familie van Jezus bijeen. In volle verwachting van de belofte, die Jezus meegaf bij zijn afscheid. Op de vijftigste dag van Pasen waait er een frisse wind door het huis en krijgen zij de Geest om er op uit te trekken. Zij ontvangen het heilige vuur en spreken verstaanbare geloofstaal. Te midden van de diaspora-Joden, die in Jeruzalem zijn vanwege het Joodse Wekenfeest, met de eerste opbrengst van de oogst. De eerste pinksterpreek van Petrus in de open lucht geeft inzage in de vervulling van de profetie in plaats van de alcohol, zoals de spotters beweren. Mijn naaste columnist Peter kan daar nog veel van leren, met zijn karikatuur van de hemelvaart van vorige week. Na de Pinksterpreek wordt de eerste Christengemeente gedoopt. Ze blijven vervolgens trouw aan het onderwijs, aan de gemeenschap, het breken van het brood en de gebeden. De wezenskenmerken van de kerk, volgens Handelingen 2. Ze loofden God en stonden in aanzien bij het hele volk. Inmiddels is de geloofwaardigheid van de kerk, als lichaam van Christus, zwaarbeproefd. Door de verwereldlijking tot staatsgodsdienst in de vierde eeuw, de weerbarstige kerkgeschiedenis, de teleurstelling over het uitblijven van Gods nieuwe wereld, de karikatuur van het geloof. En nu de coronacrisis. De kerk laat zich vrijwillig een overheidsverbod opleggen en past het rigoureus toe. Per 1 juni mogen er maximaal dertig personen samen komen, ook in kerken met een capaciteit van duizend. Er moet geselecteerd worden aan de poort met een discutabel intakebeleid. De gemeentezang wordt afgeraden en voor de Doop is een doopstok nodig. Massahysterie noemt Maurice de Hond het en de Raad van State noemt dit verbod illegaal. Is de kerk te braaf geworden, ook vanwege onzekerheid omtrent haar identiteit en bestaansrecht? Of is de kerk hiermee juist loyaal aan allen, die klem raken? Het is spelen met vuur. Zijn we voldoende creatief? Drieduizend jaar hebben we de lofzang gaande gehouden in tempel en kerk met Psalm 107. Moeten we daar nu mee stoppen vanwege corona, genoemd naar de verscheurde martelares uit 160 na Christus. Ik pleit voor een verantwoorde voortgang van de lofzang voor de Eeuwige als hoogste doel van de jarige kerk in deze tweehonderdste column geestdrift.

Meer nieuws