In geest van orchidee knipt en kapt gevluchte Iraanse

Van een grote, mooie stad in het Midden-Oosten naar een Zeeuws dorp. Het vak dat ze uitoefent, blijf hetzelfde: kapster.

Saeedeh glimt van trots wanneer ze in haar knusse kapsalon, gemaakt door haar man, achter haar huis zit. Dat huis staat sinds drie jaar in Bruinisse en in de kapsalon werkt ze nu vier maanden. Het is klein, maar alle kappersbenodigdheden zijn aanwezig om vrouwen te knippen en te kappen. “Ze zijn blij met mij. Ik wil ze mooi en netjes maken.”

De kapster in Bruinisse is een 31-jarige Iraanse. In Shiraz, die grote, mooie stad, was ze Saeedeh docent voor haarkleuren en -combinatie en had ze zes jaar lang een grote kapperszaak. Achttien mensen had ze in dienst. Vanaf haar achttiende zit ze in het kappersvak. 

Van de ene op de andere dag kwam er een einde aan haar leven en kappersbestaan in Iran. Ze was niet de eerste die het land in 2018 uit moest vluchten. Wat de precieze oorzaak van haar vlucht (met man en haar nu negenjarige zoon) is, wil ze liever niet zeggen. Ze vluchtten eerst naar Turkije en daarna naar Griekenland: in beide landen oefende Saeedeh het kappersvak uit. Schiedam was het volgende tussenstation, niet wetende dat ze uiteindelijk in Bruinisse, waar ze ook bij Allévo werkt, terecht zou komen. In het Duivelandse dorp kwam ze via het AZC in Harderwijk terecht. “Ik ken Bruinisse en Zeeland niet, maar ik ben echt blij. Ik heb hele goede ervaringen met het werken met Nederlandse mensen.”

De naam van de kapperszaak van Saeedeh heet Orchidee, dezelfde naam als in Shiraz. “De witte orchidee is het symbool voor schoonheid, de roze voor vrouwelijkheid en geluk en de gele staat voor nieuwe vriendschap en relatie.”