Afbeelding

Vlinders

Column

Het is een maandagmiddag. Haar collega’s zitten er verslagen bij. Hun collega waar ze veel van houden blijkt erg ziek te zijn. Vandaag hebben ze het aan de leerlingen verteld. Eén van de kinderen had gezegd dat de juf altijd zo creatief is. Zouden ze eigenlijk niet iets moois voor haar kunnen maken? De juf houdt van vlinders. Op dinsdag gaan de leerlingen creatief aan de slag met vlinders in allerhande kleuren en variaties. Met armen vol vlinders gaan twee juffen op woensdag naar het hospice. De juf wil ze allemaal zien en bewonderen. Een prachtig afscheidscadeau van al haar leerlingen. De dag erna slaapt ze in. Op vrijdag gaan de kinderen een hele lange slinger van vlinders maken. Die slinger zal tijdens de uitvaartdienst donderdag worden opgehangen. Maar zover is het nog niet. Het is nu de maandag aan het begin van de Stille Week. Het is half negen in de ochtend. Het moment van de weekopening. Wie was de juf? Verschillende vingers gaan de lucht in. Eén leerling zegt: de juf had altijd ruimte en tijd voor ons. Wanneer je een vraag aan haar stelde, dan liet ze al haar eigen werk gelijk los, en dan ging ze je helpen. Een ander vertelt dat de juf hen geleerd heeft dat je mag delen. Weer een ander weet te vertellen dat ze op initiatief van de juf een blotevoeten pad hebben gemaakt. Zo kun je ervaren wat fijn aanvoelt en wat niet. En oh ja, de juf was creatief, zorgvuldig en hulpvaardig. De juf en haar leerlingen hebben elkaar gezien vanuit hun hart. Ik ben er stil van. Ik besef tegelijk ook dat in deze Stille Week de voorbereidingen voor haar afscheid en Pasen met elkaar verweven raken. Zou het licht van Pasen ook nu al de donkere kleuren van de dood kunnen veranderen? Tijdens de weekopening in deze Stille Week oefenen de leerlingen het lied voor de afscheidsdienst op donderdag. Het lied heet ‘Vlinder’. Ik luister naar de woorden van het refrein. ‘Leef’, zingen de kinderen, ‘Leef, sla je vleugels uit. Een nieuwe schepping, een nieuw begin. Leef’. Opeens klinkt Pasen door! In mij worden als vanzelf dichtregels herboren. Het zijn woorden uit een gedicht van Willem Barnard: ik leef, ik leef tegenin, van het einde naar het begin, alle woorden staan scheef, want alles rept zich cursief, terug naar Ik heb je lief.

Marjan Riedijk

Meer nieuws