Peter Noordermeer
Peter Noordermeer

Kiekieris

Column

Apneu

Dat ik in mijn leven maar weinig dokters heb gezien, merkte de longarts in Goes op, mij over zijn beeldscherm heen aankijkend. Ik wist niet of dat een compliment was of gewoon een constatering. Mijn moeder zei het vroeger ook al: ‘Jie bin mi gin tien pèèrden nae un dokter te kriehen!’ Mijn geneeskundig houvast was de stelling dat wat vanzelf komt, ook vanzelf weer overgaat. Maar toen ik in 2001 op de Prins Hendrikkade in Amsterdam door een groep overstekende Japanners van mijn fiets werd gelopen, kwam aan die illusie een einde. Ook de therapie van Coué, die zijn patiënten voorschreef de woorden ‘ik ben niet ziek’ eindeloos in litanievorm te herhalen, bood geen soelaas. (‘Mijn pols is niet gebroken, mijn pols is niet gebroken…’ Het hielp niet.) In het ziekenhuis kwam er een nederigheid over me die ik doorgaans zelden demonstreer; misschien vroeger in de benauwende sfeer van het biechthokje. Enfin, ik weet nu wat slaap-apneu is. Maar ook dat ik een heel groot hart heb!

Peter Noordermeer

Meer nieuws