Afbeelding

Jan de Rijcke (1819-1920)

Column

Honderd jaar geleden, op 27 augustus 1920, vierde de destijds oudste Schouwen-Duivelander, Jan de Rijcke, zijn 101ste verjaardag.

Bij die gelegenheid werd de jarige door de fotograaf op de gevoelige plaat vastgelegd. In een mooie stoel kijkt de jarige ons aan met een wat weemoedige glimlach op het gezicht. Het onderste knoopje van zijn vest is niet dichtgeknoopt, zoals velen deden. Het strikje, toen ouderwets, zit niet helemaal recht. Het gezicht toont dat de eeuweling genoot van een welverdiende rust. Dat hij niet helder uit de ogen kijkt, hoeft niet te bevreemden want we weten dat die flink achteruit waren gegaan.
Jan de Rijcke werd geboren op 27 augustus 1819 in Serooskerke. Willem de Rijcke, timmerman van beroep, en Maatje Bakker waren zijn ouders. Jan, 21 jaar oud, trouwde in 1840 te Haamstede met Cornelia de Vos, geboren in Burgh, die tweeënhalf jaar jonger was. Geruime tijd woonde het echtpaar in Haamstede om in 1851 naar Noordwelle te verhuizen. Daar bleven ze, met hun kinderen, bijna een halve eeuw, met een onderbreking in 1880/1881 toen ze een half jaar in Serooskerke verbleven.
Van beroep was Jan de Rijcke landarbeider, zoals zovelen op Schouwen-Duiveland. Maar hij kon ook goed met paarden omgaan en zo doende was hij koetsier bij de familie Hoogenboom op de hoeve Zeelandia bij Noordwelle. Tot op hoge leeftijd bleef Jan actief en werken op het land was zijn lust en zijn leven. Hij legde bekwaamheid aan de dag als tuinier en deed dat werk in alle dorpen op Schouwen. Dankzij zijn opgewekte karakter had hij vele vrienden en daarmee ook opdrachtgevers die hem het werk gunden.
Leed bleef Jan de Rijcke niet bespaard. Hij en Cornelia kregen elf kinderen. Opmerkelijk is dat al die kinderen werden ingeschreven in de burgerlijke stand zonder de c in de Rijke. Van deze kinderen bereikten slechts vier de volwassen leeftijd. Zes overleden binnen een jaar en dan was er nog een levenloos geboren kind. In 1900 overleed de jongste zoon, ook Jan genaamd, en in datzelfde jaar Jans echtgenote Cornelia de Vos. De zoon werd nog geen veertig jaar oud, zijn vrouw ruim 78 jaar. In 1904 overleed bovendien de oudste dochter Maatje die 54 jaar oud werd. Negentig jaar oud was Jan toen hij niet meer zelfstandig kon blijven wonen. Hij trok in bij zijn dochter Neeltje Berrevoets-de Rijke en haar gezin. Dat betekende een verhuizing naar zijn geboortedorp Serooskerke.
In 1919 mocht Jan de Rijcke het voorrecht beleven om honderd jaar oud te worden, een bijzonderheid. Het werd een groot feest in zijn woonplaats. Zijn gezondheid was achteruit gegaan. Naast zijn slechte ogen was zijn gehoor niet al te best en lopen ging niet goed. Zijn geheugen was echter zeer helder. Met smaak en genoegen kon hij vertellen over vroeger. Hoe Schouwen eruit zag toen de wegen slecht waren, maar ook hoe ferm hij zijn paarden hun werk kon laten doen. Vooral de straofeesten deden zijn gezicht glunderen: ‘Heel wat anders dan tegenwoordig; ’t is niks meer’, aldus de honderdjarige. Heel wat felicitatiekaarten, kaartjes en telegrammen kreeg Jan. Die woensdag 27 augustus 1919 genoot de jarige van alle belangstelling en ’s avonds was hij nog niet vermoeid. Een vriend maakte een gedicht, gepubliceerd in de Zierikzeesche Nieuwsbode, waarvan de eerste letters van de regels zijn naam vormden. Het eindigde met: ‘Kom Jan, de hand, ‘veel heil’ tot slot, En denk er om: De eer aan God!’. Jan de Rijcke overleed in zijn woonplaats Serooskerke op 24 december 1920, oud 101 jaar en vier maanden. Tot op het laatst bleef hij graag over vroeger vertellen.

Meer nieuws