Celstraf geeist voor brandstichter Oosterland

Het Openbaar Ministerie in Middelburg heeft vandaag tegen de 23-jarige Oosterlander voor zijn betrokkenheid bij twee branden in Oosterland veertien maanden gevangenisstraf, waarvan de helft voorwaardelijk, geëist. De man heeft 230 dagen in voorarrest gezeten en werd deze week door de rechtbank uit zijn voorlopige hechtenis geschorst. Dat betekent dat de voormalig inwoner van Oosterland weer op vrije voeten is.

De officier van justitie eiste in februari van dit jaar al dezelfde straf. De rechtbank meende toen dat er eerst een rapportage van gedragsdeskundigen moest komen vooral eer men tot een definitieve uitspraak kon komen. Uit het rapport van het Pieter Baan Centrum bleek dat er geen aanwijzingen zijn voor een pyromaan en dat de kans dat hij in herhaling zal vallen laag is. De conclusie is dat verdachte enigszins verminderd toerekeningsvatbaar is. Wel was er sprake van autistisch gedrag en een chronisch alcoholgebruik tijdens de branden. ,,Ik ben dom en naïef geweest, maar wel verantwoordelijk”, erkende  de man zijn schuld. Hij zei onder invloed te verkeren van de 39-jarige plaatsgenoot.  Hij werd door Justitie als hoofdverdachte gezien van de zestien brandstichtingen in Oosterland, die vorig jaar grote onrust veroorzaakten in Oosterland. Hij werd vrijgesproken, maar zit inmiddels weer vast als verdachte van branden die in juni in Vlissingen plaatsvonden. De man schudde bij het verlaten van de rechtszaal opgelucht de hand van de officier van justitie, maar moet nog wel de uitspraak (8 september) van de rechtbank afwachten.