Roer moet om bij WMO-raad

Algemeen

Het roer moet om bij de WMO-adviesraad. Deze organisatie adviseert het gemeentebestuur bij de inzet van de vele miljoenen euro’s die aan zorg worden uitgegeven. Maar in haar vierjarig bestaan zijn er nog maar vier adviezen de deur uitgegaan.En de raad heeft onvoldoende zicht op wat er onder de mensen, die de zorg nodig hebben, leeft. Stevige kritiek, niet van buitenaf, maar vanuit de WMO-raad zelf. WMO staat voor de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Een wet die steeds meer zorgtaken bij de gemeenten neerlegt. En burgemeester en wethouders voeren die taken uit en laten zich daarbij adviseren door een door haarzelf in het leven geroepen adviesraad. De wet gebiedt een gemeente zo’n raad in het leven te roepen. Die staat onder aanvoering van R. van Kan uit Kerkwerve. Hij erkent dat er iets moet gebeuren. ,,Het speelkwartier is nu wel voorbij,”laat hij desgevraagd weten. Een speelkwartier van vier jaar dan wel te verstaan.

[banner]

In de WMO-raad zitten betrokken burgers, die met elkaar advies moeten uitbrengen. Advies over de verstrekking van hulpmiddelen, advies over nieuw beleid. Van Kan geeft meteen toe dat zijn adviesraad te weinig van zich laat horen. ,,Al zeggen die vier adviezen niet alles. Al in een vroeg stadium hebben we contact met de ambtenaren als dat nodig is. “ Ondanks haar onafhankelijke rol is de WMO-raad nog niet een keer in conflict met het gemeentebestuur gekomen.

Vanuit de adviesraad zelf gaan steeds meer stemmen op dat het anders moet. Meer contact met de achterban bijvoorbeeld en naar het dagelijks gemeentebestuur meer de luis in de pels willen zijn. Desgevraagd laat Van Kan weten dat het niveau van de individuele leden van de WMO-raad ,,ook wel beter kan”. Volgende week gaan die met elkaar op de heide om over een meer doeltreffender manier van werken te spreken. Een eerdere poging (‘de vuurtorenbijeenkomst’) is niet uit de verf gekomen.

Een van de voorstanders van een WMO-raad nieuwe stijl is G. van der Salm, in het dagelijks leven directeur van het Welzijnshuis en lid van diezelfde WMO-raad. ,,Nog een paar jaar en de helft van de gemeentelijke uitgaven is WMO-gerelateerd.” Dat verplicht die raad tot een andere manier van werken. Meer contact met de samenleving en scherper zijn op wat in het gemeentehuis wordt bedacht aan nieuw beleid. Van der Salm pleit ook voor een actievere houding van alle leden van de raad. Nu zijn het enkele leden, die de kar lijken te trekken.

Van Kan rekent zich de kritiek ook persoonlijk aan. ,,Als voorzitter draag je je verantwoordelijkheid. Maar we hebben een meer actieve houding nodig. We staan aan de vooravond van grote veranderingen in de samenleving. Daar moeten wij iets van vinden.” Naar het zich laat aanzien, zal komende week besloten worden meer aan de weg te gaan timmeren, de samenleving dichter bij die WMO-raad te halen en jaarlijks een aantal actuele zaken op de agenda te zetten en daarin te investeren.

 

Meer nieuws