Oosterlander voor rechter met fraude

Een 49-jarige inwoner van Oosterland heeft volgens het Openbaar Ministerie een aantal jaren belastingfraude gepleegd. Daardoor liep de fiscus ruim anderhalf miljoen euro aan belastinggeld mis. Zijn totale schuld aan de Belastingdienst is opgelopen tot 2,25 miljoen euro. Tegen de handelaar in uien en bloemen eiste de officier van justitie vandaag bij de rechtbank anderhalf jaar gevangenisstraf, waarvan zes maanden voorwaardelijk. De man liet vanaf 2001 Polen en Roemenen illegaal in de uien- en bloemensector werken en betaalde ze uit in het ‘zwart’. [banner]  De verdachte zou daardoor onjuiste aangiftes aan de Belastingdienst hebben gedaan over de jaren 2001 tot en met 2005. Ook zou hij met de omzetbelasting hebben gesjoemeld en onterecht de btw hebben teruggevorderd. Ook leende hij Poolse en Roemeense werknemers uit aan andere bedrijven. Hij ontving daarvoor 12 euro per uur per persoon, terwijl hij 4,5 euro per uur betaalde. De man zou ook valse facturen hebben opgemaakt. Zo werden inkoopfacturen van uien op naam van een Poolse werknemer gezet en creditnota’s gemaakt. Het geld dat eerst op de rekening van de Pool werd gestort, werd er vervolgens weer afgehaald om de zwartwerkers uit te betalen. ,,Zo kon hij het geld genereren”, zei de officier.De landbouwer had permanent 25 tot 30 illegalen in dienst. De meeste buitenlanders woonden in caravans, die op het terrein van verdachte stonden. Een aantal van hen verbleven op een camping. Ze moesten daarvoor 200 t0t 300 euro huur per maand betalen. De Oosterlander beriep zich op zijn zwijgrecht. Bij controles kwam de belastingfraude aan het licht. De man heeft in juli 2007 nog een paar dagen vastgezeten voor de fraudezaak. Raadsman F. van Ardenne pleitte voor een voorwaardelijke straf en wees op de persoonlijke omstandigheden. ,,Deze eis past bij de Rotterdamse koppelbaaspraktijken, maar niet bij mijn cliënt. Hij heeft wellicht verkeerde keuzes gemaakt. Het is een man die geen strafblad heeft en zijn levenlang probeert keihard te werken.” De rechtbank doet 2 december uitspraak.