Gevonden boommarter niet erkend

Algemeen

De boommarter die op Schouwen-Duiveland is ontdekt, wordt hoogstwaarschijnlijk geschrapt uit het landelijke verspreidingsoverzicht. 

Chris Achterberg, onderzoekscoördinator van de Zoogdiervereniging VZZ, is “onzeker” over de waarneming. Daarmee is de kans verkeken dat Schouwen-Duiveland enige wetenschappelijke faam krijgt als de verst afgelegen locatie in Nederland, waar de boommarter rondloopt.

 

Dat de waarneming op Schouwen-Duiveland wellicht wordt afgekeurd, kwam aan het licht toen Wereldregio bij de VZZ opheldering vroeg over haar nationale verspreidingskaart van boommarters. Daarop staat de Kop van Schouwen als de plek waar een boommarter is aangetroffen, de meest westelijke locatie van Nederland. De Schouwse boommarter  recentelijk is gesignaleerd bij “een vuilniscontainer aan de rand van bebouwing”, zegt Achterberg, die hieraan echter toevoegde: “De waarnemer is erg overtuigd; ik een stuk minder.”

 

[banner]

 

De boommarter (Martes martes) is een van de zeldzaamste roofdieren in Nederland, licht de VZZ, de Vereniging voor Zoogdierkunde en Zoogdierbescherming in Arnhem, toe. In Nederland leeft het dier vooral in het bos, in tegenstelling tot de marter waarop de bosmarter sterk lijkt en waarmee hij vaak wordt verward: de steenmarter (Martes foina). Die houdt zich vooral in de omgeving van mensen op.

Oppervlakkig bekeken, meldt de VZZ op haar website, ziet de boommarter eruit als een veel te grote eekhoorn. “Hij heeft dezelfde pluimstaart en beweegt zich net zo makkelijk door de boomtoppen.” Boommarters leven van vogels, muizen, konijnen en vangen soms een eekhoorn. In de zomer eten ze ook veel vruchten, zoals de bosbes en vogelkers, en de larven van hommels en wespen.

Van de jaren veertig tot begin jaren tachtig in de vorige eeuw is de boommarter uiterst zeldzaam geweest in Nederland. De laatste 25 jaar neemt het dier in aantal toe. Naar schatting zijn er volgens de VZZ nu zo’n 350 tot 450 boommarters in het land. Grote, geïsoleerd van elkaar liggende populaties leven in de bosgebieden van de Veluwe, de Utrechtse Heuvelrug en de Drents-Friese Wouden. De laatste tien jaar zijn nieuwe gebieden gekoloniseerd, zoals de Flevopolders, de Kop van Overijssel en het Kromme Rijngebied.

 

Sinds 1992 wordt systematisch onderzoek gedaan naar de boommarter, die op de Rode Lijst van Bedreigde Zoogdieren staat als kwetsbaar. Dat gebeurt door de leden van de Werkgroep Boommarter Nederland van de VZZ. De – inmiddels honderd – vrijwilligers registreren in de periode van maart tot en met juni waar boommarters zitten en wat ze er doen: vrouwtjes met jongen zitten dan langere tijd op één plek. Bij dit verspreidingsonderzoek worden technieken gebruikt als de boomcamera, een kleine camera met infraroodlens op een hengel, waarmee in boomholtes wordt gekeken.

Chris Achterberg is de coördinator van dit veldonderzoek. Hij legt uit waarom hij z’n twijfels heeft over de waarneming op Schouwen-Duiveland. Het begint er al mee, aldus Achterberg, dat er “geen enkele aanwijzing is” dat er in de afgelopen honderd jaar überhaupt boommarters op het eiland voorkwamen. Verder treedt nogal eens verwarring op met andere grotere marters, zoals de bunzing en de steenmarter. Die laatste wordt weliswaar nogal eens versleept; opzettelijk of per ongeluk, bijvoorbeeld doordat hij onder de motorkap is beland. Maar ook steenmarters komen niet voor op Schouwen.

Helemaal onmogelijk hoeft het niet te zijn, vervolgt Achterberg, dat er een zwérvende boommarter buiten het huidige verspreidingsgebied terecht is gekomen. Maar die theorie schrapt hij ook direct. “De ervaring leert dat zwervende dieren meestal niet meer dan dertig tot zestig kilometer van een gevestigde populatie worden aangetroffen. En de dichtstbijzijnde populatie – waarvan we zeker weten dat er voortplanting is – bevindt zich op de Utrechtse Heuvelrug; voor een boommarter ver weg dus.”

 

,,Al met al”, besluit Achterberg, is de Schouwse waarneming ,,een onzekere”. Bij het maken van de overzichtskaart is zij er “nog doorgekomen”, maar uiteindelijk zal deze waarneming “waarschijnlijk worden afgekeurd”, veronderstelt hij. Dit betekent dat zij op een nieuwe kaart niet meer voorkomt, al blijft zij nog wel bewaard in de archieven. Wat ook meespeelt voor Achterberg is dat er “geen zekerheid meer te krijgen is” over de Schouwse waarneming. Daarmee bedoelt hij dat de melding onachterhaalbaar is. “Er is geen foto van, er is ook geen ander bewijs. Het beest is vluchtig gezien, meer niet.”

 

Achterberg staat niet alleen in zijn aarzeling over het bestaan van de Schouwse boommarter. Ook Ted C.J. Sluijter, boswachter van Natuurmonumenten, regio Deltakust, heeft z’n twijfels. ,,Hij is mij niet bekend”, vertelt hij, en hij is ook “nooit ingevuld” op www.waarneming.nl, de speciale site voor uitzonderlijke waarnemingen van vogels, zoogdieren, reptielen, amfibiën en dagvlinders. En ten slotte kennen ook zijn collega-buswachters “géén Schouwse boommarter-gevallen”.

 

Foto: Bram Achterberg

 

Meer nieuws