Pontes zet strijd om nieuwe leerlingen in met nieuwe studierichtingen

Rector Martens: ,,We willen weer naar zeventig procent doorgroeien.” De strijd om de leerlingen is begonnen. Het voortgezet onderwijs in Zeeland laat zich tijdens open dagen van zijn beste kant zien. Want meer leerlingen betekent een ruimer budget en dat komt de school vervolgens weer ten goede. Scholengemeenschap Pieter Zeeman bereidt zich ook voor op de nieuwe aanwas. En voor rector B. Martens is het wel duidelijk waarom de scholieren voor Pieter Zeeman moeten kiezen. ,,Gewoon omdat we een hele goede school hebben.”

De school heeft overigens nog een slag in het leerlingenaantal te maken. Op dit moment gaat ongeveer 58 procent van alle basisschoolleerlingen op Schouwen-Duiveland naar Pieter Zeeman. Dat vindt Martens te weinig. ,,We streven ernaar dat 65 tot 70 procent van de kinderen naar deze school komen.” Honderd procent zal de school nooit halen, want op Schouwen-Duiveland kiest een vaste groep leerlingen voor voortgezet onderwijs op christelijke grondslag. Maar een groei met een procent of tien moet er dus wel inzitten, vindt Martens.

De school doet er alles aan. Zo worden er het nieuwe schooljaar drie onderdelen aan het onderwijsaanbod toegevoegd. Voor havo en vwo is dat het technasium, voor vmbo gt, havo en vwo is dat kunst en cultuur en voor de hele vmbo is dat sport. Het moet de school aantrekkelijker maken. Meer vakken, meer uren? ,,Nee”, legt de rector uit ,,we passen die richtingen in het bestaande aantal uren in. Het gebeurt dus binnen de 32 lesuren.” Bij de sportlessen wordt gestreefd naar werkafspraken met het Cios, de sportopleiding in Goes. Martens legt uit dat de school er naar streeft om zoveel mogelijk aansluiting te zoeken bij wat vóór Pieter Zeeman gebeurt en wat er na Pieter Zeeman komt.

Want leerlingen die binnen komen op de Pontes, zoals het in de volksmond blijft heten, ervaren de eerste weken op de ‘grote school’ vaak als heel spannend. De vertrouwde omgeving van de vaak kleine basisschool maakt plaats voor een gebouw waar meer dan duizend scholieren rondlopen. Allemaal jongeren in een kwetsbare leeftijdscategorie. Martens: ,,We zoeken aansluiting bij het basisonderwijs voor wat de manier van lesgeven betreft. De leerlingen krijgen meteen veel vakken, maar we zorgen dat met name de leerlingen van vmbo basis en kader minder leraren voor de klas krijgen én we zorgen voor een zogenaamde warme overdracht.” Met dat laatste bedoelt Martens dat er in gesprekken over, en soms met, de leerlingen gekeken wordt wat de kinderen nodig hebben of waar wellicht extra op gelet moet worden.

,,Want natuurlijk is het allemaal erg spannend voor de kinderen in de brugklas. De meester van groep acht maakt plaats voor een mentor die de kinderen persoonlijk begeleidt.” Pieter Zeeman is in vergelijking met veel onderwijsinstellingen in de grote steden echt nog een plattelandsschool met bijbehorende, vaak overzichtelijke, problemen. Het valt allemaal nog mee. Maar aan de andere kant geeft Martens meteen toe dat ook de leerlingen van Pieter Zeeman leerlingen van deze tijd zijn. Dus wordt er door jongeren ook geëxperimenteerd met drugs en drank. ,,Het is van groot belang om aan de weerbaarheid van deze jongeren te werken. Daar zetten we stevig op in.”

En dus staan ook de waarden en normen hoog op de agenda. En die worden niet alleen met de mond beleden. ,,Respectloos gedrag kan niet op deze school. Daar worden de scholieren op aangesproken.” Martens hecht grote waarde aan structuur, die volgens hem vooral binnen het vmbo van groot belang is. ,,We zien dat er vandaag de dag meer opvoedproblemen zijn dan vroeger. Het is goed om dat onder ogen te zien. In dat opzicht ben ik blij met de komst van het Centrum voor Jeugd en Gezin. We kunnen elkaar goed aanvullen.”

Voor Martens staat het buiten kijf dat alle jongeren recht hebben op goed onderwijs en een goede ondersteuning. Op Pieter Zeeman worden de pijlen dus niet alleen gericht op de beste leerlingen. Iedereen verdient ondersteuning. En qua resultaten doet Pieter Zeeman het gemiddeld. ,,We scoren gemiddeld en daar zijn we tevreden over. We scoren gemiddeld omdat we alle leerlingen een kans bieden. Maar het blijft ons streven om steeds beter te worden. Daar gaan we voor.”