Wim Brocatus over zijn brommerongeluk, de blindenschool en ‘zijn’ machine

Algemeen

Blinde ‘revolverdraaier’ na bijna 40 jaar met pensioenNog een paar dagen – op 6 november om precies te zijn – trekt de bijna 65-jarige Wim Brocatus voor de allerlaatste keer de deur achter zich dicht van sociale werkvoorziening de Zuidhoek in Zierikzee. Of beter gezegd, wordt de deur voor hem dichtgedaan. Want Wim Brocatus is blind, maar dat heeft hem er niet van weerhouden om 39 jaar lang als machinebankwerker zijn brood te verdienen in het bedrijf; revolverdraaier zoals dat heet. Al komt er geen vuurwapen aan te pas.

Brocatus is geboren in het Westbrabantse Steenbergen. Als jonge jongen al belandde hij op een loonbedrijf om in de landbouw de kost te verdienen. En zoals zoveel gezonde jongens vervulde hij zijn militaire dienst. Maar op 23-jarige leeftijd verandert zijn leven dramatisch. ,,Ik was gaan biljarten in Halsteren. Iets wat ik heel graag deed. Rond half twaalf stapte ik met mijn maat op de brommer om naar huis te gaan. Het was koud en het stormde,” herinnert hij zich. Op een dijk passeerde hij met zijn brommer een vrouw, van wie de jas door een hevige windvlaag in de spaken van Brocatus’ brommer terecht kwam. Het gebeurde in een fractie van een seconde. De jongen maakte een klap met zijn brommer.

Twee maanden lang lag Wim Brocatus in coma en negen maanden lang woonde hij in het ziekenhuis. Vanaf het brommerongeluk heeft hij nooit meer iets gezien. ,,Ik moest naar de blindenschool in Apeldoorn. Je moet alles weer opnieuw leren, koffie zetten, eten, telefoneren. Alles.” Hij herinnert zich nog dat hij over blind zijn sprak met iemand, die vanaf de geboorte al blind was. ,,Ik vroeg hem steeds, zie jij ook alleen maar zwart. Maar hij zei iets van nee, ik zie helemaal niets. Het duurde even voordat ik het door had. Maar ik heb tot mijn 23e wel kunnen zien en weet dus wat zwart is. Deze man herkende dit niet. Maar ik denk dat mensen zich wel kunnen voorstellen wat blind zijn betekent. Doe je ogen maar dicht.”

Na de lange periode van revalidatie was het natuurlijk klip en klaar, dat Wim Brocatus nooit meer op het boerenbedrijf terecht zou komen. De toenmalige baas van de blindenschool in Apeldoorn was een oude studiegenoot van Jan Pomper, indertijd de directeur van de Zuidhoek. De twee mannen kwamen op het idee, om Wim Brocatus vanuit Apeldoorn naar Zierikzee te halen. In de Zuidhoek kon hij aan de slag als machinebankwerker.

,,De eerste vijf jaar zat ik in de kost bij de familie Vijverberg in Ouwerkerk. Ik weet nog dat ze daar twee biljarttafels hadden staan,” herinnert Brocatus zich. Hij zou er niet meer op spelen natuurlijk. Aansluitend kon hij nog twee jaar terecht bij Jacob Bom (,,dat is de vader van de schoenmaker in Zierikzee.”) in Nieuwerkerk, om vervolgens in Goes te belanden, waar hij nog steeds woont. Als blinde woont hij beschermd zoals dat heet. ,,Er is wel mee te leven hoor, maar ik gun het niemand.”

 

[banner]

 

Goes betekent wel iedere dag met de taxi naar het busstation, waar hij met de reguliere bus naar ’t Sas van Zierikzee wordt gebracht. Daar staat weer een taxi om hem te wachten om ‘m naar de Zuidhoek te brengen. In het bedrijf wordt hij aan de arm genomen richting zijn machine. ,,Ik maak van alles. Ze stellen de machine wel in voor me, maar de rest doe ik zelf. Ik doe het ook met plezier,” De oude machine van Wim Brocatus is niet meer van deze tijd. In dezelfde hal staat een computergestuurde variant. ,,Maar als ze me daar zouden neerzetten, dan vliegt het zo in de lucht,” grapt hij. En aansluitend: ,,Ik ben ontzettend blij dat ze bij de Zuidhoek altijd werk voor me gehad hebben op de machine.”

Zo blij zelfs, dat hij vijf jaar geleden afzag van de mogelijkheid om met vervroegd pensioen te gaan. ,,Wat had ik thuis moeten doen? Ik heb het hier erg naar mijn zin.” Maar 65 jaar (op 8 december wordt hij het) is een mooie leeftijd. ,,Je moet ook plaats maken voor jongeren vind ik,” al is de kans dat de oude machine nog veelvuldig gebruikt gaat worden niet zo groot.

Maar nu zit het erop. Wim Brocatus heeft een vrijwilliger, die veel met hem gaat wandelen. En ook boeken ‘lezen’ van cd doet Brocatus graag. En natuurlijk regelmatig naar familie in Steenbergen, waar hij zulke goede herinneringen aan heeft. Als hij even over zijn geboorteplaats begint, komen de herinneringen uit zijn jeugd weer naar boven ,,Ja, café de Fles aan de Molenweg, daar was het altijd heel gezellig.” En gezellig wordt het ook op zijn afscheidsfeestje bij de Zuidhoek al weet hij niet wat ze in petto hebben voor hem. ,,Daar zeggen ze niks over.” Als hij terugkijkt op zijn periode bij de Zuidhoek is hij tevreden. ,,Ik zou het echt zo over doen.”

Meer nieuws