Jan Greijn
Jan Greijn

Vijgenboom

Column

Achter het huis, uit de volle wind zoekt een vijgenboompje bestaanszekerheid. Zijn wortels dragen herinnering aan Syrië, waar zijn voorouders schaduw, eten en troost gaven. Het is wennen voor de vijgenboom die de zeelucht niet kent, noch de strakke laaglandwind. De Ficus carica, zo heet hij deftig, kan 300 jaar oud worden.

De boom heeft veel familieleden op dit eiland en is hier toch vooral vruchtdrager. Terwijl hij ook de lucht zuivert, het water filtert, koolstof opslaat en de erosie van de bodem beperkt. In mediterrane landen beschouwt men hem - ik schrijf hem, maar misschien is het wel een zij - als heilig. Er zouden zich geesten nestelen in de stam, goede, slechte en besluiteloze geesten. Maar anderen beweren - lees ik in Het Eiland van de Verdwenen Bomen van Elif Shafak - dat de vijgenboom een ontmoetingsplek is voor geesten van dieren en mensen, maar ook van wezens van licht en donker. De bladeren zouden zomaar kunnen gaan ruisen, ook als er geen zuchtje wind staat. Angstaanjagend voor sommigen, anderen putten er kracht uit.

In de joodse leer, vertelt Elif Shafak, is zitten onder een vijgenboom lang geassocieerd met intense bestudering van de Thora. De profeet Mohammed wilde de vijg als enige vrucht zien in het paradijs. En Boeddha bereikte verlichting terwijl hij zat te mediteren onder een soortgenoot van de vijgenboom. Elif laat een vijgenboom aan het woord, zodat we lezen dat ‘Koning David dol op ons was’, en ‘dat wij op de ark van Noach inspiratie van hoop waren op een nieuw begin’.

Het mysterieuze van onze vijgenboom ligt nog verborgen in een dun stammetje en mooigroene bladeren. Wij geven hem/haar op tijd water en aandacht. Opdat hij/zij groot groeit.

Jan Greijn

Meer nieuws